Trainingsvormen |
Tandoku - Renshyu |
Oefeningen met een ingebeelde tegenstander.
De judoka werkt met een ingebeelde partner en oefent individueel zeer nauwkeurig de bewegingen in. Mogelijkheden:
- statisch
- in verschillende bewegingsrichtingen (voor, achter, zij, draaibeweging)
|
Uchi - Komi |
Het herhaald inzetten van worpen zonder te gooien.
Technieken inoefenen met partner in herhalingsvorm. Mogelijkheden bijvoorbeeld:
- verschillende bewegingsrichtingen (voor, achter, zij, draaibeweging)
- nadruk op één van de drie aspecten van een worp (kuzushi, tsukure, kake)
- een judoka stapt in en uit dan volgt de andere
- met weerstand of hindernis (partner rechttrekken, rond de partner lopen)
- met schijnbeweging rechts dan links en omgekeerd
- uchi komi van combinaties en overnames
- van ingangstechnieken (grondwerk) ook houdgreep, wurging, klem, bevrijding
|
Yaku - Saku - Geiko |
Tori werpt Uke zonder, en dit is zeer belangrijk, dat Uke weerstand geeft. Beide judoka’s oefenen "speels" hun bewegingen in, met een minimum aan weerstand. |
Kakari - Geiko |
Tori valt aan en Uke verdedigt. Beide judoka’s spreken af wie de rol van Tori (aanvaller) en wie de rol van Uke (verdediger) op zich neemt gedurende een bepaald aantal minuten. Nadien wisselen ze van rol |
Randori |
Lichte oefenwedstrijden |
Shiai |
Wedstrijden (bij ippon afgelopen) |
Kata |
Uitvoeren van formele technieken |